Met taal heeft Fiona weer een sprongetje gemaakt: Ze kan nu langere zinnen maken en maakt meer gebruik van werkwoorden.
We horen nu: 'die is ties' ipv. 'die ties'.
en ook: 'deur open noen' ipv 'deur open'.

Bijvoeglijke naamwoorden worden vervoegd, werkwoorden worden vervoegd, ze kent een aantal kleuren en kan tot drie tellen.
Wat ze erg leuk vindt zijn tegenstellingen (in-uit, schoon-vies, binnen-buiten, met- zonder, enz.) en samenvoegingen (papfles, poppenhuis, poppenwagen, brievenbus, postauto, poepluier, zakdoek, enz.).

Als iets op is, is haar standaard antwoord: nieuwe pope (kopen).

Ze kent nu ook het begrip
  • eigen: dit is mijn eigen bed, dit is ons huis en dat is Sonjas huis.
  • alleen: Fiona gaat alleen naar bed; mama gaat alleen douchen, zonder Fiona
  • samen: Wowa tane peje, met papa, met Wowa, tane! (Fiona samen spelen, met papa, met Fiona, samen!)
  • wel: die wel lette, die niet (die is wel lekker, die niet)

De grappigste woorden op dit moment zijn
optuinen (opruimen)
optuigen (aanschuiven aan tafel)
pimmele (klimmen)
hapas (vasthouden)

De regel dat ze alleen met een bal mag gooien zit er goed in. Als ik zeg dat ze haar kleding in de wasmand moet gooien, word ik meteen gecorrigeerd: nee mama, magge niet. Baw tooien! Dit was, magge niet tooien.