Bijvoorbeeld:
Wie is dat?
- Dat is iemand die op IJburg woont.
Hoe heet hij?
- Dat weet ik niet, ik ken hem niet.
Waarom niet?
- Omdat hij niet in de buurt woont.
Waarom niet?
- Omdat hij verderop woont.
Waarom dan?
- Zijn huis is ergens anders dan ons huis, en daarom kennen we hem niet.
Waarom dan?

Of:
Wat is dit?
- een plaatje van een beer
Waarom dan?
- Het ziet eruit als een beer, kijk maar naar zijn snoetje.
Waarom dan?


Of:
Waarom heet hij xxx?
- dat vonden zijn ouders een leuke naam toen hij geboren werd.
Waarom vonden ze dat een leuke naam?

Leuk maar vermoeiend.